Maria Viola
Maria
Cornelia Johanna Viola, beter bekend als Maria Viola, werd in 1871 in Rotterdam
geboren. Haar flamboyante naam en tegelijk pseudoniem, was te danken aan haar
Italiaanse vader. Ze studeerde aan de Academie voor Beeldende Kunsten te Rotterdam.
Ze was redactrice, dichteres en kunstcritica.
De redactrice
Begin
20e eeuw maakte ze deel uit van een progressieve, culturele stroming
van katholieke jongeren die de katholieke cultuur wilde vernieuwen en verheffen
op artistiek en literair gebied. Ze was lid van de Katholieke Kunstkring De Violier (1901) en net als Alberdingk
Thijm wilde ze het katholieke volk onderwijzen:“Ze wilde het katholieke volk opvoeden tot goede smaak.”[1]
Dat deed ze door middel van het publiceren van artikelen over de katholiek
kunst in literaire tijdschriften, zoals Van
Onzen Tijd (1900) en de Katholieke
Illustratie (1867-1968). Ook door het beïnvloeden van nieuwe talenten,
zoals Willem Rooyaards, Marie Koenen en de schilder Charles Eyck.
In
1914 ging ze werken voor het Handelsblad
als redactrice voor beeldende kunsten als opvolger van mr. J. Kalff. Bij het Handelsblad kreeg ze met de bijnaam “mevrouwtje”
genoemd.“En in dit“mevrouwtje”lag niet alleen
een typering van haar kleine, tengere gestalte, maar het was ook een
uitdrukking van bijzondere hoogschatting en genegenheid voor haar zoo
sympathieke persoonlijkheid.”[2]
Na twintig jaar voor de krant te hebben gewerkt, bracht ze haar laatste
jaren door in het R.K. Rusthuis te Ouderkerk aan de Amstel.
De dichteres
Ze word gezien als de miskende schrijfster,
de schrijfster die de erkenning niet had gekregen dat ze verdiende. Haar
gedichten zijn gepubliceerd in verschillende tijdschriften maar nooit
gebundeld… en dat was haar eigen keus: “Onder
geen voorwaarde wilde zij zichzelf gebundeld zien.[3]”
Een van de bekendste gedichten van Maria Viola is het sonnet Advent[4]:
Roerloos
gezeten in het kuische licht,
Dat uit de
luchten trillend neer komt zweven,
Aanbidt
Maria 't heimlijk-bloeiend leven
Van 't
ongeboren Goddelijke Wicht....
Aan verre
kimme, langzaam, langzaam zwicht
De matte
dag-glans voor het ijle beven
Van vage
nevelen, die àl nader dreven
Tot 't wijde
land in bleeken schemer ligt -
En eindelijk
is 't alomme donkre nacht....
Maar biddend
waakt de Maagd, en wacht - en wacht
Het
zilver-zachte lichte luchte-gloren,
Waaruit
weldra hél-glanzend breken zal
De
schitter-blanke hemelzangen-val,
Verkondigend,
dat Jesus is geboren.
De
kunstcritica
Ze
was een belangrijk kunstcritica van het beging van de 20e eeuw in
Nederland en ze werd beschouwd als een autoriteit op het gebied van beeldende kunst
en literatuur. Haar recensies en haar prozakunst waren“Schilderijtjes in woorden.”[5],
“brokjes prozakunst”[6]
Wie haar recensies gelezen heeft, weet dat het hier gaat om een verfijnde
geest, met een mild taalgebruik maar soms met een geestige en duidelijk visie
op de kunst.
Van
de nieuwe kunststromingen in de kunst, zoals expressionisme, futurisme,
dadaïsme, surrealisme, moest ze niet veel hebben. In een van haar kunstkritieken
in het Algemeen Handelsblad
beschouwde ze de “vakjesstijl” van Piet
Mondriaan(1872-1944) als een “uiterste
artistieke versterving” waaruit het menselijke en natuurlijk verdwenen was.
Mondriaan moest niet zoveel hebben van haar gemopper. De felle en korte reactie
van de kunstenaar liet zich niet lang op zicht wachten: “een ouwe-hoer”[7],
was zijn antwoord. Ze was niet de enige, die kritiek had op de nieuwe kunst van
Mondriaan, ook de schrijver Frederik van Eaden en professor C.L. Dake[8]
hadden dat.
Maria Viola stierf in 1951 op 79-jarige leeftijd. Het archief van Maria Viola is
gedigitaliseerd en te raadplegen via de website van Het Katholiek Documentatie Centrum (KDC).
[1] http://www.rug.nl, Deel I, Katholieke en
biografische achtergrond, p 22.
[2] Herman Rutters, Lux et Libertas,
1951.
[3] Maria
Viola overleden, van G. Knuvelder, De
nieuwe eeuw, 1951
[4]
Uit:http://www.dbnl.org
[5] Het
Algemeen Handelsblad, 1946
[6] Het
Algemeen Handelsblad, 1951
[7] Léon Hanssen, De schepping
van een aards paradijs: Piet Mondriaan 1919 – 1933, 3 maart 2015.
[8] Hans
Renders, het Parool, 2016
No hay comentarios:
Publicar un comentario